De twee belangrijke bestanden die onder DOS worden gebruikt om het systeem
te initialiseren, een aantal omgevingsvariabelen in te stellen zoals PATH
en FILES en mogelijk een programma of batchbestand opstarten, zijn
AUTOEXEC.BAT
en CONFIG.SYS
,
Onder Linux heb je een heleboel initialisatiebestanden en van een aantal
van deze bestanden kun je maar beter afblijven totdat je zeker weet wat
je doet. Ik vertel je in ieder geval wat de belangrijkste daarvan zijn:
FILES OPMERKINGEN
/etc/inittab voorlopig nog niet aanzitten!
/etc/rc.d/* idem
Als je alleen het PATH en andere omgevingsvariabelen hoeft in te stellen of je wilt de login meldingen wijzigen of automatisch programma's op laten starten na het inloggen, kijk dan eens naar de volgende bestanden:
FILES OPMERKINGEN
/etc/issue instellen voor-login melding
/etc/motd instellen na-login melding
/etc/profile instellen $PATH en andere variabelen,enz
/etc/bashrc instellen pers. alias en functies, enz.
/home/your_home/.bashrc instellen pers. alias + functies
/home/your_home/.bash_profile of
/home/your_home/.profile instellen environment + opstarten progs
Als dit laatste bestand bestaat (het is een verborgen bestand), zal het na het inloggen worden ingelezen en de commando's die erin staan, zullen worden uitgevoerd.
Voorbeeld---kijk naar .bash_profile
:
# Ik ben commentaar echo Environment: printenv | less # equivalent van het commando SET onder DOS alias d='ls -l' # gemakkelijk te begrijpen wat een alias is alias up='cd ..' echo "I herinner je eraan dat het path ingesteld is op "$PATH echo "Het is vandaag `date`" # gebruik de uitvoer van het commando 'date' echo "Prettige dag, "$LOGNAME # Het volgende is een "shell functie" ctgz() # Toon de inhoud van een .tar.gz archief. { for file in $* do gzip -dc ${file} | tar tf - done } # end of .profile
$PATH
en $LOGNAME
, dat heb je goed geraden, zijn
omgevings variabelen. Er zijn er nog veel meer; bijvoorbeeld, LMP
voor applicaties zoals less
of bash
.
Als je deze regel in je /etc/profile plaatst, zal
deze globaal overeenkomen met PROMPT $P$G
:
export PS1="\w\\$ "
Onder Linux, kan bijna alles worden aangepast zoals je 't hebben wilt. De
meeste programma's hebben één of meerdere initialisatie bestanden.
Meestal als een .prognamerc
in je home directory. De eerste
bestanden die je aan zult willen passen zijn:
.inputrc
: wordt door bash
gebruikt om key bindings
te definiëren (betekenis aan toetsen op je toetsenbord toewijzen);.xinitrc
: wordt door startx
gebruikt om het X
Window Systeem te initialiseren;.fvwmrc
: wordt gebruikt door de window manager fvwm
. .joerc, .jstarrc
: worden gebruikt door de editor
joe
;.jedrc
: wordt gebruikt door de editor jed
;.pinerc
: wordt gebruikt door de mail reader pine
;.Xdefault
: wordt door veel X programma's gebruikt.Deze en anderen kom je vroeg of laat tegen, LMP.
een laatste opmerking, ik geef je het advies om de Configuration HOWTO op
http://metalab.unc.edu/mdw/HOWTO/Config-HOWTO.html
door te nemen.